De coronatest is niet alleen onzinnig, maar mogelijk ook gevaarlijk

Voorafgaande opmerkingen over de coronatest:
1. Er is door niemand wetenschappelijk bewezen dat er een nieuw virus bestaat, covid-19 genaamd. Daarom zou je het een spookvirus kunnen noemen.
2. Evenmin is bewezen dat het genetische materiaal, waarvan beweerd wordt dat dit het nieuwe virus is, mensen ziek kan maken
3. Testen op een virus waarvan niet bewezen is dat het bestaat is onzinnig. En het is dubbel onzinnig als bovendien niet bewezen is dat er gevaar is voor de gezondheid.

Ik heb deze vaststellingen niet van mijzelf, maar van Jon Rappoport, die meer dan 200 blogartikelen over de coronacrisis heeft geschreven waarin de bovenstaande drie punten op allerlei manieren worden onderbouwd.

Het is wat ze in het Engelse taalgebied een body of work noemen. De culminatie van tientallen jaren gedegen onderzoeksjournalistiek werk.

Ook Tjerk de Haan heeft bijgedragen aan mijn inzicht in deze materie. Zie zijn recensie van het boek VIRUS MANIA, hier op TransitieWeb.

Tot zover deze inleidende stellingname. Nu door op de coronatest.

Het rijmt niet

Het zou allemaal geen probleem zijn als die test alleen maar onzinnig was. Maar ik vrees dat er meer aan de hand is en ik zal proberen uit te leggen waarom.

Het komt door dat staafje. 15 centimeter lang is het. Direct toen ik dat zag op de foto’s dacht ik: “Hier klopt iets niet. Dit is foute boel.

Waarom is een kort wattenstaafje dat wat wangslijm afneemt niet toereikend voor deze test? Waarom moet er zo’n lange pen diep in je neus ingebracht worden en ook nog eens op een uiterst kwetsbare plek?

Dit is waarom het niet klopt:

Van ‘het virus’ wordt beweerd dat het zich via aanraking en via de lucht (aerosols) verspreidt. Het is dus (volgens deze gedachtengang) zeer beweeglijk en kan zich overal bevinden. Om die reden worden wij aangespoord anderhalve meter afstand te houden. We mogen elkaar geen handen geven, worden met mondkapjes opgezadeld en krijgen we het advies regelmatig uitgebreid onze handen te wassen. We moeten hoesten in de elleboog, enzovoort.

En om dat zeer beweeglijke, alomtegenwoordige virus dat zich overal aan hecht en kleeft en dat meters door de lucht caramboleert te kunnen vangen moet een bijna chirurgische handeling worden uitgevoerd naar een klein plekje dichtbij wat je een toegangsdeur naar onze hersenen zou kunnen noemen. Alleen op dit ene kleine plekje zou het goed te vinden zijn.

Dat rijmt niet. Dat gaat er bij mij niet in. En dus ook dat staafje niet.

Is de test wel onafhankelijk getest?

Laten ze dat ‘virus’ maar vangen op onze handpalm of elleboog of eventueel in een klodder snot. Maar dat lange staafje…. dat is voor mij een rode vlag.

Voor welk gevaar? Dat weet ik niet precies.

Makia Freeman, de auteur van een artikel dat op de website The Freedom vermoed dat deze test niet alleen iets wegneemt – of misschien zelfs wel niks wegneemt – maar iets inbrengt. Iets op nano-schaal dat voor het blote oog niet zichtbaar is, maar er wel degelijk is. En erger: iets dat later zeer moeilijk weer te verwijderen is.

Dat teststaafje zou daarom zelf getest moeten worden in een onafhankelijk laboratorium. Bevinden er zich substanties op die punt? En zo ja, wat is dan hun chemische en bacteriologische samenstelling? Zitten er nanochips op? En zo ja, wat is hun vermoedelijke werking?

Laat iedereen die hier verstand van heeft – microbiologen, nanotechnologen, medisch specialisten en laboranten om maar een paar betrokken beroepsgroepen te noemen – zich in deze discussie mengen, want hij is van verreikend belang.